ADVIEZEN NA OPERATIE
Adviezen na een microscopische operatie
van de lage rug
Na de operatie moet u zich voorzichtig bewegen. Het draaien dient met een rechte rug te gebeuren, alsof u een soort boomstam bent. U mag vijf uur na de operatie voor het eerst uit bed komen, om onder begeleiding van een verpleegkundige naar het toilet te gaan.
Na de ingreep kunt u soms pijn ervaren. Vaak is dit vooral in de rug, maar soms kan er ook een krampachtige pijn in uw benen aanwezig zijn. Na de operatie kan de zenuwpijn van voor de operatie weer terugkomen, meestal wel minder hevig en afnemend. Dit komt doordat de zenuw die bekneld heeft gezeten tijd nodig heeft om te herstellen. Afhankelijk van de duur en mate van de beknelling kan dit enkele dagen tot maanden duren.
De verpleegkundige zal na de ingreep regelmatig aan u vragen of u uw tenen, voeten en benen even kunt bewegen en of het gevoel in uw benen goed is. Tevens zal uw bloeddruk en hartslag regelmatig gecontroleerd worden.
Op de dag van de behandeling krijgt u een antitrombose-injectie.
Het wondje van de ingreep bevindt zich precies aan de achterkant van uw rug. Meestal worden er één tot drie hechtingen geplaatst. Deze hechtingen mogen na acht tot twaalf dagen verwijderd worden. 24 uur na de ingreep mag u kort douchen.
Tegen de pijn mag u uw rug koelen met een coolpack (niet langer dan tien min/uur) en eventueel wat ibuprofen nemen. Morfine van voor de operatie dient langzaam afgebouwd te worden.
In totaal moet u één nacht in onze kliniek verblijven. U mag alleen onder begeleiding naar huis. Het is dus absoluut niet toegestaan om zelf auto te rijden of alleen met het openbaar vervoer of taxi te reizen.
Neem als u thuis bent voldoende rust. Wissel staan, zitten, lopen en liggen af. Beginnend met de eerste dag na de operatie, sta elk uur tien minuten op. Verhoog dit de volgende dag naar elk uur twintig minuten, en zo verder. Probeer wel elke dag een beetje te wandelen en bouw dit langzaam op. Ook thuis kunt u verder gaan met uw rug 10 minuten per uur te koelen.
De eerste twee weken na de operatie adviseren wij u geen auto te rijden. U kunt zelf beslissen op basis van uw bewegingsmogelijkheden wat in uw geval verstandig is.
Na tien tot twaalf dagen kan de huisarts uw hechtingen verwijderen. Afhankelijk van de operatie en de toestand van uw huid gebruiken we verschillende hechttechnieken. Over het algemeen sluiten we uw wond in drie lagen, de spierfascie wordt in de diepte aan elkaar genaaid. U kunt deze hechtingen niet zien en meestal ook niet voelen. Ze lossen in de komende maanden vanzelf op.
Het onderhuidse weefsel wordt gesloten met de tweede hechtlaag. Deze hechtingen kunt u ook niet zien, maar u kunt soms kleine bobbeltjes onder de huid voelen, die na één tot drie maanden verdwijnen als de hechtingen vanzelf oplossen. De derde laag zorgt ervoor dat de oppervlakkige huidlagen op elkaar liggen. We doen dit met dunne blauwe hechting. De blauwe hechtingen moeten na 10-12 dagen volledig worden verwijderd.
Fietsen is de eerste "sport" die je weer kunt beoefenen. Na ongeveer twee weken kun je hier langzaam mee beginnen. Je moet je vooral veilig voelen bij het op- en afstappen en het in het begin niet overdrijven. Rustig rechtop zitten en een vlakke rit naar de bakker is een goed begin. Als dit goed gaat, kun je dit langzaam uitbouwen. Mountainbiketochten of racefietsroutes moet je in de eerste zes weken nog vermijden.
Zwemmen en sauna en dergelijke natte sporten mag je na volledige genezing van de wond en twee weken na verwijdering van de hechtingen weer beginnen.
Ook hier geldt:
niet overdrijven en langzaam beginnen!
Joggen kan na ongeveer acht weken langzaam worden opgestart. Let op goede dempende schoenen en een prettige ondergrond, een bospad is beter dan asfalt. Begin langzaam en bouw langzamer op.
Contactsporten en sporten waarbij iemand probeert je te verwonden: voetbal, boksen, rugby en dergelijke, moet je in de eerste drie maanden niet eens over nadenken.
Als u nog vragen heeft over uw individuele verloop, kunt u altijd contact met ons opnemen!